2014-07-23 21:34 |
Toen Thewis Hobma het Keningsljeppen in Burgum zaterdag won, dagdroomde hij alvast over een fameus een-tweetje in fierljepland.
Met het oog op een Friese titel heeft de Harlinger de eigen statistieken in elk geval aan zijn zijde.
Was het tenslotte niet Hobma die in 2011 het Keningsljeppen op zijn naam schreef en enkele weken later in Winsum ook zijn vooralsnog enige Friese seniorentitel greep? ,,Dat is garantie meer”, riep Oane Galama zaterdag vanuit het publiek, toen Hans Helmholt, voorzitter van afdeling Burgum, het voorzetje had gegeven tijdens de prijsuitreiking.
Galama kon het weten, want hoewel de ljepper uit It Heidenskip vorig jaar koning werd in Burgum, moest hij destijds de winst van het FK aan Bart Helmholt laten. Steekhoudend zijn de statistieken dus niet, maar feit is dat de combinatie vaak raak was en ieder jaar weer onderwerp van gesprek is achter schansen.
Het zei genoeg dat Hobma resoluut antwoordde op de vraag waarom hij de afgelopen weken juist alle pijlen op deze wedstrijd had gericht. ,,Omdat de koning ook Fries kampioen wordt”, blies de Harlinger het ‘sprookje’ nieuw leven in. ,,Behalve ene meneer Galama dan, maar ik heb het wel meegemaakt. Weet je, misschien is het wel een fabeltje. Maar een mentale tik is dit wel. Elke ljepper is er happig op. Ook omdat dit de eerste echte titel is die er dit seizoen te winnen valt.”
Hobma piekte op het juiste moment, want hij sloeg in zijn laatste twee finalesprongen toe met afstanden van 20,53 en 20,68 meter. Bij het Keningsljeppen worden de afstanden uit de voorronden geschrapt en beginnen de finalisten met een schone lei aan hun drie laatste sprongen.
Dat had tot gevolg dat Nard Brandsma feitelijk de klos was. De ljepper uit It Heidenskip zette in de voorronde een schitterend persoonlijk record neer van 20,88, maar die verste sprong van de dag telde dus niet mee voor de adellijke titel. ,,Dat zul je net zien”, verzuchtte Brandsma. ,,Maar het was wel een mooie motivatie om scherp te blijven. En deze sprong telt in elk geval wel mee voor het seizoensklassement.”
Brandsma zat al vroeg boven in de polsstok en dat riep de vraag op of de welhaast magische 21 meter-grens niet geslecht had kunnen worden. ,,Het had nog een stuk beter gekund”, vond hijzelf. ,,Ik had veel meer uit de uitsprong kunnen halen. Ik zat bovenin en moest maar wachten en wachten op de goede hoek. Toen ik sprong had ik meer af moeten zetten, maar dat is nooit mijn sterkste punt geweest. Of gestrekt eruit, maar dat heb ik nog nooit gedaan. Ik was bang dat ik ’m dan zou verprutsen.”
Hij vervolgde: ,,Mijn niveau lag telkens tegen de twintig meter aan, maar de basis moet een stukje omhoog. Dan is dit wel een bevestiging waar ik misschien wel jaren naar op zoek was. Maar ik weet dat er nog winst te halen is. En ja, dan komt die 21 meter vrijwel meteen in beeld.”
Hobma en Brandsma waren in Burgum de enigen die verder dan twintig meter sprongen. Of het met de broeierige weersomstandigheden te maken had, was onduidelijk, maar feit was dat vrijwel elke ljepper gedurende de avond een nat pak haalde.
Galama kon zijn titel niet verdedigen, omdat hij zich voor de eindstrijd moest afmelden met klachten aan de lies. Ook de broers Bart en Thomas Helmholt konden in de finale geen potten breken. Het maakte de blijdschap bij Hobma er -terecht -niet minder om. ,,Ik heb hier echt naar toegetraind. Dat betekende weldat ik de twee weken wat slechter sprong en me eigenlijk opofferde. Dat zorgt toch voor wat frustratie, omdat je nooit zeker van je zaak bent. Dan is het fantastisch als je ineens bovenin de stok zit. Dat gevoel, die kick van een sprong verder dan 20,5 meter. Dat blijft een heel bijzonder gevoel.” Verrassende prins Feike Stellingwerf mocht zich verrassend genoeg prins noemen bij de jongens. De Koudumer zag dat veelvraat Jan Teade Nauta -schier ongenaakbaar in de jongenscategorie -zijn dag niet had en zich niet eens wist te plaatsen voor de ontknoping.
Stellingwerf deed dat wel met een persoonlijk record van 16,44 en die afstand scherpte hij in de finale ook nog eens met een paar centimeter aan naar 16,49. Daar kon Freark Kramer -hoewel hij in de voorronde ook al een persoonlijk topafstand van 17,57 in het slotstuk van de avond niet meer tegenop.
,,Ik had het Jan Teade ook gegund, maar ik hoopte natuurlijk dat ik ’m zou pakken", zei Stellingwerf. ,,Dat had ik niet verwacht, want Freark had er ook zomaar nog overheen gekund. Ik vind dit heel mooi, maar hierdoor kijk ik ook nog meer uit naar het FK. Dat is allemaal nog net wat grootser.”
Marrit van der Wal uit It Heidenskip mocht zich bij de vrouwen tot koningin kronen. Net als Stellingwerf sprong ze al een persoonlijk record (15,83) in de serie, waarna ze in haar laatste finalesprong 15,54 noteerde. Daarmee hield ze Klaske Nauta (14,78). uit IJlst ruim achter zich. ,,Ik vond het persoonlijk record het mooiste”, zei Van der Wal. ,,Dat is voor mij belangrijker dan winnen met een slechte afstand, bijvoorbeeld. En nu? Het lijkt met zo’n afstand vrij logisch om nu eens over de zestien meter te gaan. Dat is het volgende doel en daar krijg ik de komende weken mooie kansen voor.”